Fort Veldhuis

 

Zondag 12 juni 2016 ben ik samen met mijn moeder naar Luchtoorlogsmuseum Fort Veldhuis geweest. Dit museum ligt in Heemskerk in een bunker en is in 1989 opgericht door de stichting Aircraft Recovery Group. Deze stichting doet onderzoek naar de luchtstrijd die heeft plaats gevonden tijdens de tweede wereld oorlog. 

Op zondag 12 juni was er ook een lezing over de laatste op het voormalig eiland Schokland aangespoelde drenkeling, de Britse vlieger Tudhope door Hans Hollestelle. Ik heb hier heel even bijgezeten, maar ben toen snel het museum verder ingegaan. 

In het museum worden verschillende objecten van de tweede wereldoorlog tentoongesteld. De tentoongestelde dingen zijn door de stichting Aircraft Recovery Group verkregen tijdens hen onderzoek dat zij deden.  De stichting deed onderzoek en bergingen  in Noord-Holland naar de vliegtuigen die daar zijn neergestort. De stichting is op dit moment nog steeds opzoek naar vermiste vliegtuigen en bemanningsleden. De stichting wil namelijk op deze manier de nagedachtenis in stand houden van de tweede wereldoorlog. 

In het Luchtoorlogsmuseum Fort Veldhuis vond ik zelf de geur en de  sfeer die er hingen erg speciaal. Het rook er namelijk echt naar oude vliegtuigmotoren en de andere objecten die er lagen. De sfeer die er hing vond ik erg speciaal, omdat je echt het idee hebt alsof je terug gaat in de tijd. Ik vind dat er goed word overgebracht dat de tweede wereldoorlog een tijd is geweest die we absoluut nooit mogen vergeten. 

In het museum staan veel vliegtuigmotor onderdelen. Deze zijn eerst allemaal onderzocht door de stichting. Het viel mij op dat er bijna geen enkele motor meer helemaal compleet is die in het museum staat. Bij navraag kwam ik er ook achter dat dit niet mogelijk is. Er is mij verteld dat een vliegtuig tijdens de oorlog op vier manier de grond kan raken. 

1. Door middel van een noodlanding

2. Door een motorstoring

3. Aangeschoten worden en dan brandend door de lucht (door middel van een kogel)

4. Ontploffen in de lucht (door middel van een granaat) 

 

Wanneer er sprake is van nummer type 1 dan was het vliegtuig nog aardig compleet wanneer het de grond raakte. Echter gebruikte de Duitsers deze vliegtuigen als reserve onderdelen, voor hen eigen vliegtuigen.

Bij type 2 en 3 zou het vliegtuig aardig compleet de grond raken, alleen maakt het vliegtuig een klap wanneer het op de grond terecht komt. Door deze klap breken de motoren af en deze verdwenen dan zo in de zachte klei grond van Noord-Holland. De romp en de brokstukken werden vaak afgevoerd door de Duitsers. De motor lieten zij vaak liggen, omdat die heel erg zwaar was.

Bij type 4 liggen de brokstukken over een veel groter oppervlak verspreidt. Dit komt door de ontploffing. 

Ik vond het erg leuk om in het 'Het Oorlogsmuseum Fort Museum' te zijn. ik heb hier een aantal dingen geleerd die ik anders niet geweten had. 

 

 

 

 

 

 

Een Jodenster die gevonden is tijdens het zoeken naar neergestorte vliegtuigen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vliegtuigmotor uit de tweede wereldoorlog